Lezingen - 19 mei 2097
Spring naar hoofdtekstNavigatiekalender
Navigatie
Jaar C
Pagina 151
Pinksteren
Eerste lezing
Hand. 2, 1-11
Zij werden allen vervuld van de heilige Geest en zij begonnen te spreken.
Uit de Handelingen der Apostelen.
Toen de dag van Pinksteren aanbrak
waren allen bijeen op dezelfde plaats.
Plotseling kwam uit de hemel
een gedruis alsof er een hevige wind opstak
en heel het huis waar zij gezeten waren was er vol van.
Er verscheen hun iets dat op vuur geleek
en dat zich, in tongen verdeeld, op ieder van hen neerzette.
Zij werden allen vervuld van de heilige Geest
en zij begonnen te spreken in vreemde talen,
naargelang de Geest hun te vertolken gaf.
Nu woonden er in Jeruzalem Joden, vrome mannen
die afkomstig waren uit alle volkeren onder de hemel.
Toen dat geluid ontstond liepen die te hoop
en tot hun verbazing
hoorde iedereen hen spreken in zijn taal.
Zij waren buiten zichzelf en zeiden vol verwondering:
“Maar zijn al die daar spreken dan geen Galileeërs?
Hoe komt het dan
dat ieder van ons hen hoort spreken
in zijn eigen moedertaal?
Parten, Meden en Elamieten,
bewoners van Mesopotamië, van Judea en Kappadocië,
van Pontus en Asia,
van Frygië en Pamfylië,
Egypte en het gebied van Libië bij Cyrene,
de Romeinen die hier verblijven,
Joden zowel als proselieten, Kretenzen en Arabieren,
wij horen hen in onze eigen taal spreken van Gods grote daden.”
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Antwoordpsalm
Ps. 104 (103), 1ab en 24ac. 29bc-30. 31 en 34
R. Zendt Gij uw geest, dan komt er weer leven,
dan maakt Gij uw schepping weer nieuw.
of: Alleluia.
Verheerlijk, mijn ziel, de Heer,
wat zijt Gij groot, Heer mijn God!
Hoe veel is het wat Gij gedaan hebt, Heer,
de aarde is vol van uw schepsels.
Neemt Gij hun geest weg, dan komen zij om,
en keren terug tot de aarde.
Maar zendt Gij uw geest, dan komt er weer leven,
dan maakt Gij uw schepping weer nieuw.
De roem van de Heer blijve eeuwig bestaan,
Hij vinde zijn vreugde in al zijn schepsels;
Mogen mijn woorden Hem aangenaam zijn,
dan zal ik mij in de Heer verheugen.
Tweede lezing
Rom. 8, 8-17
Allen die zich laten leiden door de Geest van God zijn kinderen van God.
Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Rome.
Broeders en zusters,
Zij die zelfzuchtig leven, kunnen God niet behagen.
Maar uw bestaan wordt niet beheerst door de zelfgenoegzaamheid,
maar door de Geest,
omdat de Geest van God in u woont.
Zou iemand de Geest van Christus niet hebben,
dan behoort hij Hem niet toe.
Als Christus in u is,
blijft wel uw lichaam door de zonde de dood gewijd,
maar uw geest lééft, dank zij de gerechtigheid.
En als de Geest van God
die Jezus van de doden heeft opgewekt, in u woont,
zal Hij die Christus Jezus van de doden heeft doen opstaan,
ook uw sterfelijk lichaam eenmaal levend maken
door de kracht van zijn Geest, die in u verblijft.
Broeders en zusters, wij hebben dus verplichtingen
maar niet aan onszelf, om zelfgenoegzaam te leven.
Als gij zelfzuchtig leeft, zult gij zeker sterven.
Maar als gij door de Geest de praktijken van de zelfzucht versterft
zult gij leven.
Allen die zich laten leiden door de Geest van God
zijn kinderen van God.
De geest die gij ontvangen hebt is er niet een van slaafsheid
die u opnieuw vrees zou aanjagen.
Gij hebt de geest van het kindschap ontvangen die ons doet uitroepen:
“Abba, Vader!”
De Geest zelf bevestigt het getuigenis van onze geest
dat wij kinderen zijn van God.
Maar als wij kinderen zijn
dan zijn wij ook erfgenamen,
en wel erfgenamen van God, te zamen met Christus,
daar wij delen in zijn lijden om ook te delen in zijn verheerlijking.
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Evangelie
Joh. 14, 15-16. 23b-26
De heilige Geest zal u alles leren.
Uit heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes.
In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen:
“Als gij Mij liefhebt,
zult ge mijn geboden onderhouden.
Dan zal de Vader op mijn gebed u een andere Helper geven
om voor altijd bij u te blijven.
Als iemand Mij liefheeft
zal hij mijn woord onderhouden;
mijn Vader zal hem liefhebben
en Wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen.
Wie Mij niet liefheeft
onderhoudt mijn woorden niet;
en het woord dat gij hoort is niet van Mij
maar van de Vader die Mij gezonden heeft.
Dit zeg Ik u terwijl Ik nog bij u ben,
maar de Helper,
de heilige Geest die de Vader in mijn Naam zal zenden,
Hij zal u alles leren
en u alles in herinnering brengen wat Ik u gezegd heb.”
Woord van de Heer.
allen: Wij danken God.
Bron: Tiltenberg Getijdengebed
Terug naar boven