Parochiecluster Ubach over Worms

Lezingen - 15 september 2088

Spring naar hoofdtekst

Navigatie­kalender

<september 2088>
wkmadiwodovrzazo
36  12345
376789101112
3813141516171819
3920212223242526
4027282930   
        

Navigatie

Jaar C

Heilige maagd Maria, Moeder van Smarten

Eerste lezing

I Kor. 12, 31 - 13, 13 Nu blijven geloof, hoop en liefde, de grote drie; maar de liefde is de grootste.
Uit de eerste brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Korinte
Broeders en zusters, Gij moet naar de hoogste gaven streven. Maar eerst wijs ik u een weg die verheven is boven alles.
Al spreek ik met de tongen van engelen en mensen als ik de liefde niet heb ben ik een galmend bekken of een schelle cimbaal. Al heb ik de gave der profetie, al ken ik alle geheimen en alle wetenschap, al heb ik het volmaakte geloof dat bergen verzet als ik de liefde niet heb ben ik niets. Al deel ik heel mijn bezit uit, al geef ik mijn lichaam prijs aan de vuurdood: als ik de liefde niet heb baat het mij niets.
De liefde is lankmoedig en goedertieren; de liefde is niet afgunstig, zij praalt niet, zij beeldt zich niets in. Zij geeft niet om de schone schijn, zij zoekt zichzelf niet, zij laat zich niet kwaad maken en rekent het kwade niet aan. Zij verheugt zich niet over onrecht maar vindt haar vreugde in de waarheid. Alles verdraagt zij, alles gelooft zij, alles hoopt zij, alles duldt zij. De liefde vergaat nimmer. De gave der profetie zal verdwijnen, tongen zullen verstommen, de kennis zal een einde nemen. Want ons kennen is stukwerk en stukwerk ons profeteren. Maar wanneer het volmaakte komt heeft het onvolmaakte afgedaan. Toen ik een kind was sprak ik als een kind, voelde ik als een kind, dacht ik als een kind; nu ik man geworden ben heb ik het kinderlijke afgelegd. Thans zien wij in een spiegel, onduidelijk, maar dan van aangezicht tot aangezicht. Thans ken ik slechts ten dele maar dan zal ik ten volle kennen zoals God mij kent. Nu echter blijven geloof, hoop en liefde, de grote drie; maar de liefde is de grootste.
Woord van de Heer. allen: Wij danken God.

Antwoordpsalm

Ps. 33 (32), 2-3, 4-5, 12, 22
R: Zalig het volk dat de Heer heeft als God, de natie door Hem tot zijn erfdeel gekozen.
Eert dan de Heer met citerspel, en speelt voor Hem op de harp.
Zingt voor de Heer een nieuw gezang, een schoon en schallend refrein.
Oprecht is immers het woord van de Heer en al wat Hij doet is betrouwbaar.
Recht en gerechtigheid heeft Hij lief, de aarde is vol van zijn mildheid.
Zalig het volk dat de Heer heeft als God, de natie door Hem tot zijn erfdeel gekozen.
Geef ons dus, Heer, uw barmhartigheid, zoals wij op U vertrouwen.

Evangelie

Joh. 19, 25-27 Hoeveel kwelling, hoeveel pijnen teisterden die goede Moeder, toen haar ogen moesten rusten op het lijden van haar Zoon (Stabat Mater).
De Heer zij met u. allen: En met uw geest. Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes allen: Lof zij U, Christus.
In die tijd stonden bij Jezus’ kruis zijn moeder, de zuster van zijn moeder, Maria, de vrouw van Klopas, en Maria Magdalena. Toen Jezus zijn moeder zag en naast haar de leerling die Hij liefhad zei Hij tot zijn moeder: „Vrouw, zie daar uw zoon.” Vervolgens zei Hij tot de leerling: „Zie daar uw moeder.” En van dat ogenblik af nam de leerling haar bij zich in huis.
Woord van de Heer. allen: Wij danken God.

Bron: Tiltenberg Getijdengebed

Terug naar boven