Parochiecluster Ubach over Worms

Lezingen - 13 september 2019

Spring naar hoofdtekst

Navigatie­kalender

<september 2019>
wkmadiwodovrzazo
35      1
362345678
379101112131415
3816171819202122
3923242526272829
4030      

Navigatie

Jaar C

H. Johannes Chrysostomus, bisschop en kerkleraar

Eerste lezing

I Tim. 1, 1-2. 12-14 Eertijds was ik een godslasteraar, maar mij is barmhartigheid bewezen.
Begin van de eerste brief van de heilige apostel Paulus aan Timóteüs
Van Paulus, apostel van Christus Jezus krachtens de opdracht van God onze Heiland en van Christus Jezus onze hoop, aan Timóteüs, zijn wettig kind door het geloof. Genade, barmhartigheid en vrede voor u vanwege God onze Vader en Christus Jezus onze Heer!
Dierbare, ik zeg dank aan Hem die mij sterkt, Christus Jezus onze Heer, dat Hij mij zijn vertrouwen heeft geschonken door mij in zijn dienst te nemen, hoewel ik eertijds een godslasteraar was, een vervolger en geweldenaar. Maar mij is barmhartigheid bewezen omdat ik, nog ongelovig, handelde in onwetendheid. En ik werd in rijke overvloed de genade van onze Heer deelachtig en daarmee het geloof en de liefde die in Christus Jezus zijn.
Woord van de Heer. allen: Wij danken God.

Antwoordpsalm

Ps. 16 (15), 1-2a, 5, 7-8, 11
R: De Heer is mijn erfdeel, mijn dronk uit de beker.
Behoed mij, God, tot U neem ik mijn toevlucht; Gij zijt mijn Heer, ik erken het. De Heer is mijn erfdeel, mijn dronk uit de beker, Hij heeft mijn lot in zijn hand.
Ik dank de Heer die mij altijd geleid heeft, Hij spreekt ook des nachts in mijn hart. Steeds houd ik mijn ogen gericht op de Heer, ik val niet, want Hij staat naast mij.
Gij zult mij de weg van het leven wijzen om heel mijn vreugde te vinden bij U, bestendig geluk aan uw zijde.

Evangelie

Lc. 6, 39-42 Kan soms de ene blinde de andere leiden?
De Heer zij met u. allen: En met uw geest. Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas allen: Lof zij U, Christus.
In die tijd hield Jezus zijn leerlingen deze gelijkenis voor: „Kan soms de ene blinde de andere leiden? „Vallen dan niet beiden in de kuil? „De leerling staat niet boven zijn meester; maar hij zal ten volle gevormd zijn als hij is gelijk zijn meester. „Waarom kijkt ge naar de splinter in het oog van uw broeder en waarom slaat ge geen acht op de balk in uw eigen oog? „Hoe kunt ge tot uw broeder zeggen: Broeder, laat mij de splinter uit uw oog halen, terwijl ge de balk in uw eigen oog niet opmerkt? „Huichelaar, haal eerst die balk uit uw eigen oog; dan zult ge scherp genoeg zien om de splinter te kunnen verwijderen die in het oog van uw broeder zit.”
Woord van de Heer. allen: Wij danken God.

Bron: Tiltenberg Getijdengebed

Terug naar boven